147.

Stephan Keppel 2020 02
Stephan Keppel – Soft Curve /Circular Act. Amsterdam 2019 – 2020. Formaat prints 78 x 114 cm.

Donderdag 31 december 2020

De laatste En Route.
Bedankt Marc Nagtzaam.
Bedankt Stephan Keppel.
Ik ben voorbereid op mijn residency in het Masereel Centrum in Casterlee, België.

Vandaag is het prachtig weer. De berken en andere kale bomen voor mijn raam staan stil bergen een lichtblauwe lucht met een smalle witte wolkenstrook boven het dak van de huizen van onderen door zon belicht. Het is redelijk koud.

Gisteren zag ik uit hetzelfde raam dat prachtige beeld van de natte bomen. Ook vorig jaar meermaals beschreven. De regendruppels hangen aan de takken en vormen lichte parels, knopen, alsof het visserstouwen zijn. Alles is zilverwit als ik wegfiets, de modernistische gebouwen langs de kade hebben de kleur van de lucht. De zon schijnt fel. De wereld glinsterend, zwart-wit, kleurloos, enkel contrast.

Toen ik van de week naar Sittard reisde waren lucht en wereld afwisselend. Bij Den Bosch werd het lichter, mist over de velden, heel licht groen, bieder-blauw.
Bij Eindhoven effen grijs, lichtgrijs, opaak. Het paste goed bij de afgemeten vormen van de modernistische gebouwen. Soms donkerblauw, vaak grijs, vaak wit. Veel glas en hoog, heel hoog.
Bij Roermond kwam de zon onder de wolken vandaan, een schitterende glanzende geel witte bol. Je kon de stralen zien die vanuit de wolken naar de aarde afdaalden. De aarde was donker, vochtig en rul. Eenmaal in Sittard sloeg de vervreemding toe. Ik liep via de Parklaan, langs de keutelbeek. Grote, witte, modernistisch huizen (Art Deco), grote huizen met rietendaken (jaren 20, jaren 30), en betonnen bruggen met van die ijzeren leuningen uit de jaren vijftig. Blauw en wit, driehoekige figuren rond gebogen en hier en daar een goudgeel geschilderde cirkel. Even verderop bijna in Het Park werden de straten zo smal, zo wit, zo schoon, zo leeg dat ik naar adem snakte.

Op de straten ligt vuil. Ik tel de kerstbomen. Drie prachtige bomen op de hoek bij het pleintje. Vochtig. Mooie dikke groene naalden, kale stam. Een kerstboom met ballen naast een hoop puin, het interieur van een piano, met wit vilt bekleedde hamertjes, rood en blauw op het hout, een geheimzinnig, mooi en zorgvuldig gemaakt onderdeel van het instrument, nat, koud op de grijze stoep. Banken, veel karton, heel veel karton, terwijl de schoonmaak diensten van de gemeente door de lege straten van de stad racen en vreselijk hun best doen. Banken, matrassen, alweer een grenen houten kast met vier laadjes. Twee kerstbomen, leeg. Wat zilveren slingertjes. En als de vuilniszakken geopend zijn een enorme zwerm meeuwen, wit, grijs, geel, krijsend en zwermend vanaf de hoek, omhoog, spreidend, weer naar beneden. Ik kijk naar de kromme gele snavel en het vieze rode oog.

In het vondelpark de bomen vol met mos, en soms met algen. Groen. Kwetsbaar. Ontroerend. De honderden kwetterende parkieten varen er wel bij. Je hoort ze, bij de ene boom wat beter dan bij de andere, maar het park is nu te druk om aangenaam te zijn. Koffiedrinkers, wandelaars, veel wandelaars en joggers, mannen die je opzij duwen, vrouwen met strakke broeken, meisjes, jongens ook. Zo nu en dan een fietser die iedereen negeert en met losse handen slingerend de ouderen angst aanjaagt. Einde. En Route 1.

EN ROUTE is een experiment waarin herhaling centraal staat. Het is een onderzoek naar de flexibiliteit van taal en de flexibiliteit van de waarneming. Hoe komen schrijven en (voort)bewegen samen als je steeds dezelfde routes neemt? index
top of page