57.

nagtzaam-3

Marc Nagtzaam,  Zeichnungen / An Index of Notes / Jpeg / Variable dimensions / 2019 – ongoing

Dinsdag 24 maart 2020

Ik lees Chaos, Cosmos, Teritorry, Architecture van Elisabeth Grosz en wil zorgvuldig zijn in de formulering van wat ik er bijzonder aan vind. Grosz neemt grote woorden in de mond, de kosmos, de kunst, de architectuur, veelal ontleent aan het werk van Gilles Deleuze met en zonder Felix Guattari. Bij begrippen als ‘kosmos’ en ‘chaos’ moet ik altijd even slikken. Over een groot deel van de tekst ben ik enthousiast, maar ik stop om na te denken als gedachten verabsoluteerd worden. Kunst kan het ordenen van wild materiaal, het inlijsten van chaos zijn. Goed. Is de architectuur daarmee ook e eerste van alle kunsten? Hoewel ik de toepassingen van de kaders (of lijsten = frames) die Grosz beschrijft zonder moeite herken, brengt die hiërarchie mij in verwarring. Eerst de architectuur? Waarom?

Ik denk aan het moment waarop ik begreep hoe Aldo van Eyck Afrikaanse ideeën over bouwen incorporeerde in zijn werk. Ik denk aan het college over de Asmat mannenhuizen. Ik herlees kort het laatste hoofdstuk van Die Vier Elemente der Baukunst (1851) van Gottfried Semper. Niet alles is lijst en steen en stucwerk. Het zijn ook geweven stoffen en rieten schuttingen.
Malerei und Plastik aus Holz, Stuc, gebranntem Thone, Metal oder Stein, war und blieb in später unbewusster Überlieferung eine Nachahnung der bunten Stickereien und Gatterwerke der uralten Teppigwände. p. 58.

Twee dingen vallen op.
een: Er is een passage in het hoofdstuk waarin Grosz beschrijft hoe architectuur de wereld indeelt en vormgeeft die exact overeenkomt met wat Winy Maas (MVRDV) tijdens een lezing voor AA School of Architecture in London.
twee: die beschrijving van de architectuur leidt tot een mooie beschrijving van interieur en meubels.

ad een
De overeenkomst tussen het verhaal waarmee Winy Maas in What is Next zijn publiek wil overtuigen en de tekst van Grosz is groot. Niet alleen wat de opmerking over territoria en volumes betreft. Ook als Maas over wanden en daken spreekt loopt alles sync. Het is overigens niet duidelijk of Maas op dat moment naar Deleuze en Guattari verwijst, misschien las hij Bernard Cache ter sprake, een Deleuziaans architect, die ook door Grosz ter sprake wordt gebracht.

ad twee
Via Cache maakt Grosz een paar interessante opmerkingen over interieur en meubels. Ik relateer ze aan mijn gedachten over vitrines, musea en exposities.
Though classified as objects in our everyday language, furniture can be seen as an interior replication of architecture. p.15
Het frame herhaalt zich, binnen en buiten, mens en kosmos zijn zo ook thuis(binnen) met elkaar verbonden. Over de consequenties architecturale indelingen van het interieur wil ik nog verder nadenken, want weer valt met het woord kosmos de hemel op mijn kop.

Ik wil dit even laten rusten. Misschien breng ik het later nog wel eens ter sprake. Eerst wil ik aangeven wat me wel goed beviel aan de tekst van Grosz; De manier waarop zij kunst en biologie weet te koppelen. Misschien is de verwijzing naar biologie en verleiding ook niet helemaal nieuw, dan toch amusant, vooral in combinatie met overvloed en zinloosheid.

Twee citaten:
Sexual selection, the consequence of sexual difference or morphological bifurcation – on of the earliest upheavals in the evolution of life on earth and undoubtedly the most momentous invention that life brought forth, the very machinery for guaranteeing the endless generation of morphological and genetic variation, the very mechanism of biological difference itself – is also by this fact, the opening up of life to the indeterminacy of taste, pleasure and sensation.  p. 6
Uit een noot bij de laatste zin blijkt dat Grosz in eerder werk precies die relatie, die tussen kunst, biologie, tijd en ruimte onderzocht.

Art and nature, art in nature, share a common structure: that of excessive and useless production – production for its own sake, production for the sake of profusion and differentiation . Art takes what it needs  – the excess of colour, forms, materials – from the earth to produce its own excesses, sensations with a life of their own, sensation as “nonorganic life”. p.9

We kopen parfum en schoentjes en wuiven met het haar. We tillen zwetend gewichten, laten snorren en baarden staan, schaamhaar desnoods, of scheren ons op plekken die we graag nog bloter willen laten lijken dan ze zijn. We zingen, dansen, gebruiken sociale media om ons mooi te tonen, jonge mensen, maar ook vogels, mieren die lokstoffen volgen, pantoffeldiertjes en prikken, zelfs oudere dames. Ik koppel het niet direct aan kunst, maar lust, zinloosheid, overvloed: Het ruikt lekker. Naar vrijheid. En Route 58

 

EN ROUTE is een experiment waarin herhaling centraal staat. Het is een onderzoek naar de flexibiliteit van taal en de flexibiliteit van de waarneming. Hoe komen schrijven en (voort)bewegen samen als je steeds dezelfde routes neemt? index

Elisabeth Grosz, Chaos, Territory, Art, Deleuze and the framing of the earth (2008) paperback 2020

 

top of page