67.

Stephan Keppel 2020 04
Stephan Keppel – Soft Curve /Circular Act. Amsterdam 2019 – 2020. Formaat prints 78 x 114 cm.

 

Maandag 6 april 2020
Geluiden

Een schoonmaakwagen aan mijn rechterhand. Ongeveer twee minuten lang, de lengte om van de ene hoek van de straat naar de andere te lopen. Er wordt aan één stuk door geveegd met de grote ronde metalen borstels die onder de auto gemonteerd zijn. Eén man loopt vooruit en veegt witte papieren tussen de auto’s vandaan naar de rand van de weg. De machine veegt ze vervolgens op. Het geraas van de borstels en de motoren is luid. Het wordt onderbroken door een regelmatig gepiep, begeleid door knipperende oranje lichten.

Zes auto’s die te samen ongeveer twintig seconden te horen zijn. Ze trekken op en rijden weg waarbij het geluid langzaam zachter wordt. Eén motor is duidelijk zwaarder en zeker twintig seconden langer te horen dan al het andere geluid. Het is een glimmend zwarte SUV met een grote laadbak en een klein geel nummerbord.

Gekletter van het afbouwen van steigers. Het gaat van kling, klang, klong. Fijn helder.
Er valt een plank, pets. Met tussenpozen fel gehamer als enkele mannen proberen de klemmen te verwijderen en de buizen van elkaar te halen. Het geluid maakte zich kenbaar door het vallen van de plank. Ik ga een hoek om en hoor de mannen circa 25 seconden en circa 50 meter lopen lang. Eerste de ene plaats waar de steigers verwijdert worden, dan een hoek om de andere.

Het geluid van de auto’s is nog te horen, maar is erg zacht. Soms onderbroken door het gedender van een enkele motor. Dan het krijsen van een meeuw. Heel hoog op de grijze stenen bol op de punt van een dakgevel.
Het donkere gekoer van de houtduiven. Het zullen er meerdere zijn.
Dan geklapwiek van een vleugel. De meeuw vliegt weg van de punt van het dak.

Ik hoor nu mijn regelmatige stappen. Half schuivend omdat ik schoenen met zwarte rubberen zolen draag. Ik hoor ook mijn jas, hoe mijn armen de stof langs elkaar doet bewegen, het zoevende geschuif van een kunstmatig materiaal.

Een auto komt langs. Er is motor geluid en gezoef: elektriciteit! Hard als de auto dichtbij is. Veranderend als het de bocht omgaat. Binnen 10 seconden is niets meer te horen.

Kort, een seconde of drie, het gehuil van een kind.
Dan een boormachine in een woning. Kort, hoog jankend. Het geluid vermengt zich met de geluiden van de steigers die afgebroken worden. Een kort kling, klang, klong. Dan harde klappen, vrij ver weg. Als de metalen buizen in de open bak van een zware vrachtwagen worden gegooid.

Spelende kinderen. Rennen. Korte geluiden, die als berichten zonder worden en zonder woordelijke betekenis zijn. Lachende ouders. Het kind is getroost.
Vanuit de open deur van een woning getimmer. Dan weer een boormachine. Vrij kort, indringend, hoog.

Geen houtduiven. Geen papagaaien. Geen meeuwen. Ik loop heel langzaam en hoor ook mijn stappen en mijn jas niet meer. Op de achtergrond, via een andere straatopening, het nu vage geluid van voorbij rijdende auto’s die hun pas op de weg vervolgen. Wat getingel van een tram. Er parkeert een auto. Geluid van de motor komt steeds dichterbij. Stil. Dan gerommel als de deur opengaat. Ze wordt met een klap gesloten. En Route 68.

EN ROUTE is een experiment waarin herhaling centraal staat. Het is een onderzoek naar de flexibiliteit van taal en de flexibiliteit van de waarneming. Hoe komen schrijven en (voort)bewegen samen als je steeds dezelfde routes neemt? index

 

top of page