Tomorrow is a different Day – Kirchner en Nolde

Kirchner en Nolde: Expressionisme. Kolonialisme
De janus-kop van de toe-eigening

Tomorow is a different Day
Collectie 1980 – nu

kirchner nolde stedelijk amsterdam
Ernst Ludwig Kirchner, Nacktes Mädchen hinter Vorhang (Fränzi), 1910-1926, verf op jute, 120 x 90 cm. Collectie Stedelijk Museum Amsterdam.

In de tekstwolken die rond de expositie Kirchner en Nolde: Expressionisme. Kolonialisme hangen, is  ergens tussen neus en lippen door het begrip ‘toe-eigening’ te vinden. Dat is een merkwaardig begrip. Het woord betekent enerzijds ‘eigen maken’, een woord met een positieve connotatie. Je probeert om een begrip of gebeurtenis zo levendig te reconstrueren zodat dat het eigen wordt en je het kunt gebruiken. In het kader van de expositie heeft het begrip echter vooral een negatieve betekenis. ‘Toe-eigenen’ betekent dan zoiets als ´jatten´. Het zijn dan in dit geval bijvoorbeeld de kunstenaars die ´jatten´ en een nieuwe stijl ontwikkelen zonder erbij te vertellen dat het basisidee van een ander komt. Die ander blijft onzichtbaar en naamloos. ‘Toe-eigenen’ kan ook in bredere zin, iets kan worden toegeëigend door een natie of cultuur. Dat gebeurt dan vaak min of meer stapsgewijs, via het werk van kunstenaars en designers. Omdat zij er niet bij vertellen wat de bron van hun ideeën is, neemt het publiek vervolgens aan dat de ontwerpen of stijlelementen ‘eigen’ zijn.

Het hier beschreven proces is oud, de negatieve connotatie is relatief nieuw. Ze komt sinds een aantal decennia regelmatig in het nieuws, meestal in relatie tot een meubelstuk of kleding. Het begint dan bijvoorbeeld bij een beeld, een vooroudersculptuur of masker, een zetel of een stofmotief dat bij een volk in Afrika, Oceanië of Amerika werd gemaakt en gebruikt. Het object komt in een Europese privéverzameling of museum terecht. Dan maakt de designer of kunstenaar er gebruik van, wat als het ding in productie wordt genomen met een beetje geluk een beetje of een heleboel geld oplevert. Het wordt ‘eigen’ gemaakt geïncorporeerd. Dat levert problemen op. Er is een probleem met rechten en geld, een soort copyright probleem. Er is een probleem met betekenis, met status en eer, een pronken met andermans veren, dat op de koop toe iets van overwinnen en vernederen heeft.

Het is een proces met een tijdsverloop, een lang traject van a naar b dat een geschiedenis vertegenwoordigt. Het is een proces waarbij minimaal twee partijen betrokken zijn in een verhouding die asymmetrisch is. Daarbij is er vaak niet alleen sprake van een militaire of politieke dominantie, ook de economische systemen verschillen. Ook zij staan in een asymmetrische verhouding tot elkaar, het (neo)kapitalisme tegenover semi-feodale economische structuren, of het (neo)kapitalisme tegenover een ruil-economie. Toe-eigen is dus meer dan jatten. Het gaat om meer dan om geld. Het gaat om identiteit en erfgoed (wat eigenlijk moderne begrippen zijn). Het gaat over vormen en betekenis. Jouw statussymbool wordt mijn mode en symbool.

Door de lengte van de trajecten leveren ontleningsgeschiedenissen interessante verhalen en beelden op. Sommige kunstenaars werken daarmee. Vincent Vulsma bijvoorbeeld een aantal exposities maakte waarin hij zulke trajecten volgde, van Bamileke zetels uit Kameroen naar krukken van Ray Ames bijvoorbeeld, of samen met Elisa van Joolen patronen van Navajo dekens naar design truien. Maar je zou ook kunnen denken aan de geschiedenis van een melodie die nu Peruaans werelderfgoed is, El Condor Pasa. Deze muziek was namelijk niet zomaar een van de oorspronkelijke bewoners gejat melodietje, maar een op muziek gezette herinnering van de Zuid-Amerikaanse componist Daniel Alomia Robles die zich op zijn beurt overigens wel degelijk evenals bijvoorbeeld Bela Bartok door muziek van de Indiaanse bevolking had laten inspireren.

 

kirchner nolde stedelijk amsterdam
Zaalopname Kirchner en Nolde: Expressionisme. Kolonialisme. Foto: Gert-Jan van Rooij  © Nolde Stiftung Seebüll.

nolde kirchner stedelijk amsterdam
Emil Nolde, Maske, 1911–1912, waarschijnlijk naar een gezichtsmasker van de Bafo in Kameroen (nu collectie Ethnologisches Museum, Berlijn), potlood en krijt op papier, 47 × 37 cm. © Nolde Stiftung Seebüll.

In de context van (neo)kapitialistische handel en recht is het proces van toe-eigening nog tamelijk goed te volgen. Het wordt complexer en vager als het over beeldende kunst gaat. Daarbij is in eerste instantie vaak geen sprake van een direct gewin, maar van gedachten-, ideeën- of belevingswerelden. Mode en status spelen een rol, maar ook belevingen op een ander abstractieniveau: interesse, verwondering, bewondering, nieuwsgierigheid. Daardoor kan het verwijt van ‘toe-eigening’ niet zomaar op het werk van de twee kunstenaars van toepassing zijn, op specifieke aspecten van hun leven en werk, kan dat wel. Er zijn verschillende verhalen mogelijk die naar concrete gebeurtenissen en ontmoetingen leiden, en op de expositie in het Stedelijk Museum allemaal aan de orde komen.

Er is een verhaal over twee jongemannen die schilderen en meegaan in de mode die zij helpen creëren. Ze dwepen met exotische objecten, en dromen van exotische eilanden vol palmen en vreemde volkeren die ze moeten leren kennen. Ze ‘spelen’ een exotisch spel; Het is moeilijk om de foto van Ernst Ludwig Kirchner en Erna Schiller zijn latere vrouw te kijken en iets anders te denken. Zij creëren een eigen wereld die maar weinig met de échte wereld hier of daar te maken heeft. Die fantasie lijkt tamelijk onschuldig, naar kan in sommige gevallen wel kwaad. De hyperseksualisering van iedereen van kleur is daar een schadelijk aspect van. Zelfs als het verlangen naar vrijheid en het paradijs alleen een fantasietje is, kan de projectie op anderen kwaad. Waarom zouden witte mannen en vrouwen – de eigen mensen – niet, en – de ander – mensen van kleur wel beschikbaar zijn?  Ik weet niet of je het de kunstenaars aan kan wrijven, maar de relatie van het vooroordeel en misverstand met de fantasie is reëel. Bovendien maakt het dingen onzichtbaar.

Toe-eigening heeft een janus-kop. Zonder het enthousiasme van de kunstenaars zou de schoonheid van veel objecten niet gezien zijn, zouden de objecten in de musea niet meer zijn geweest dan wetenschappelijke objecten en trofeeën. Maar door de toe-eigening zijn evenzeer aspecten in het duister verloren geraakt. Emile Nolde gaat naar Nieuw Guinea maar aan zijn werken kan je niet zien wat hij van de mensen vond. In tegendeel, de ‘mooie’ vrij letterlijke tekeningen, lijden af van zijn meningen en van wat anderen op het eiland deden. Het enthousiasme van Kirchner voor objecten uit Afrika, komt niet ten gunste van aandacht voor de situatie van mensen in  bijvoorbeeld het variete. De entree van exotische kleuren en vormen, leidt niet tot kennis van het koloniale systeem, en de manier waarop overheden zich economisch vestigen en hun belangen verdedigen. Door de asymmetrie van de verhouding, economisch, sociaal politiek, blijft een groot deel van het leven van de ander uit zicht. Nieuwsgierigheid en ontmoetingen zijn noodzakelijk voor het ontwikkelen van cultuur, maar gelijkwaardigheid is nodig om van toe-eigening een positieve ervaring te maken.

Mijn oog viel op de formulering van een kunstexpert uit Kameroen die over Bamileke krukken vertelt. Ze zijn op drie verschillende manieren naar het Westen is gekomen. Op eerste  plaats als geschenk, want mijn economie is een ruileconomie, je geeft een geschenk in de verwachting om een goede verhouding op te bouwen en geschenken terug te krijgen. Op de tweede plaats zijn de krukken aangekocht, via de academies en studio’s waar kunstenaar leren en werken, zij maken deel uit van de kunstwereld. En natuurlijk op de derde plaats ook door roof. Door de ruileconomie voorop te plaatsen vind een omkering plaats die tot nadenken stemt: De gever heeft kracht.

 

kirchner nolde Stedelijk Museum Amsterdam
Ernst Ludwig Kirchner, Erna Schilling (Kirchner) en Ernst Ludwig Kircher in het atelier aan de Durlacher Straße 14 in Berlijn, ca. 1912, foto, 18 × 24 cm. Kirchner Museum Davos, schenking uit de nalatenschap van Ernst Ludwig Kirchner, 1992.

Met andere woorden. Als ik aan expositie denk, denk ik aan een fantastische tentoonstelling. Er is veel onderzoek gedaan en veel te zien. Ik zag objecten die ik niet eerder has gezien, dan denk ik bijvoorbeeld aan een prachtige kleine Ikenga van de Igbo in Negeria die Kirchner in zijn collectie had. Vragen werden beantwoord, geschiedenissen werden concreet. Wat had Kirchner daadwerkelijk in zijn collectie. Wat hebben zij daadwerkelijk, wat hebben zij mogelijk gezien aan objecten, museumcollecties, variété, wereldtentoonstellingen, circus. Omdat zij tamelijk realistisch werken, zelden een abstract concept hanteren, was dit dan ook goed te doen. Hoe zij de beelden verwerkten en wat zij precies van mensen vonden, weet je uiteindelijk niet, want in hun hoofden kijken is nog steeds onmodelijk. Daarmee is mijn oordeel positief, zou het meespelen dat ik een vrouw ben. Volkskrant en Parool oordeelden hard en zagen de kunst verloren gaan. De besprekers waren man. NRC, Trouw en De Groene waren beduidend milder. Hier waren de beoordelaars vrouw.

Kirchner en Nolde: Expressionisme. Kolonialisme, 4 sep t/m 5 dec 2021, Stedelijk Museum Amsterdam

P.S.
Tomorow is a different Day
Collectie 1980 – nu

Nadat ik de expositie Kirchner en Nolde: Expressionisme. Kolonialisme bekeek, liep ik ook de ruimtes in waar het eerste deel van de nieuwe collectie-expositie te zien is. In 2020 volgt het tweede deel met ouder werk. Met veel plezier bekeek ik de nieuwe keuze.

Natuurlijk is ook hier soms wat aan te merken, maar ik was vooral verheugd over allerlei werken die ik voor het eerst in het museum zag. Een prachtige installatie van Ottobong Nkanga bijvoorbeeld. De zalen waren op onderwerp geordend: feminisme, protest, het museum kraakt. Zo’n heldere uitspraak heb ik lange tijd gemist. Het is fijn dat het museum nu een eigen verhaal maakt. De ingreep van Charles Landvreugd in de zaal ‘het museum kraakt’ ontroerde me. Aan de ingang en de uitgang van de zaal bevinden zidh lichte, witte geometrische patronen op de muur. Die patronen werkten evenzeer verbindend als beschermend, alsof de werken in de zaal nog eens extra behoed werden.

stedelijk museum Amsterdam tomorrow is a different day
Tomorrow is a Different Day, zaaloverzicht Growth, foto Gert Jan van Rooij
design en boeken zijn in de collectie-expositie zij aan zij met schilderijen en sculpturen te zien.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

top of page